Mazda 2: Koeling (Met airconditioning)
1. Zet de functiekeuzeregelknop in de
stand
.
2. Zet de temperatuurregelknop in de stand voor koude lucht.
3. Stel de aanjagerregelknop in op de gewenste snelheid.
4. Schakel de airconditioning is door het indrukken van de A/C schakelaar.
5. Stel nadat het koelen is begonnen de aanjagerregelknop en temperatuurregelknop naar wens af voor het handhaven van de meest comfortabele temperatuur.
De airconditioning kan dan oververhitting van de motor veroorzaken. Schakel de airconditioning uit, indien het waarschuwingslampje oplicht of knippert.
- (Type A/Type B) Zet wanneer maximale koeling gewenst is de temperatuurregelknop in de laagste stand, zet de luchtinlaatkeuzeschakelaar in de stand voor gerecirculeerde lucht en draai vervolgens de aanjagerregelknop volledig rechtsom.
- (Type C/Type D) Zet wanneer maximale koeling gewenst is de temperatuurregelknop in de laagste stand, zet de luchtinlaatkeuzeschakelaar in de stand voor gerecirculeerde lucht en zet vervolgens de aanjagerregelknop in stand 4.
- (Type A/Type C)
Indien warmere lucht op vloerniveau
gewenst is, de functiekeuzeregelknop
in de
stand zetten en de
temperatuurregelknop afstellen zodat
een optimaal comfort gehandhaafd
blijft. - De lucht die naar de vloer stroomt is warmer dan de lucht die naar het gezicht gevoerd wordt (behalve wanneer de temperatuurregelknop in de hoogste of laagste stand gezet is).
Ventilatie
1. Zet de functiekeuzeregelknop in de
stand
.
2. (Type A/Type B) Zet de luchtinlaatkeuzeschakelaar in de stand voor aanvoer van buitenlucht.
(Type C/Type D)
Zet de luchtinlaatkeuzeschakelaar in de
stand
.
3. Zet de temperatuurregelknop in de gewenste stand.
4. Stel de aanjagerregelknop in op de gewenste snelheid.
Zie ook:
Mazda 2. Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van een kinderzitje
Het wordt door Mazda ten sterkste aanbevolen gebruik te maken van
kinderzitjes voor
kinderen die klein genoeg zijn om er gebruik van te kunnen maken.
Mazda raadt het gebruik aan van een originee ...
Opel Corsa. Remmen
Het remsysteem omvat twee onafhankelijke
remcircuits.
Wanneer een remcircuit uitvalt, kan
de auto nog met het andere circuit
worden afgeremd. De remvertraging
wordt echter alleen bereikt wann ...