Skoda Fabia: Alarmsysteem
Inleiding voor het onderwerp
Het alarmsysteem geeft akoestische en optische waarschuwingssignalen bij een poging tot inbraak in de wagen of diefstal van de wagen (hierna alarm).
Het alarmsysteem wordt circa 30 seconden na het vergrendelen van de wagen automatisch ingeschakeld. Na het ontgrendelen wordt dit automatisch gedeactiveerd.
VOORZICHTIG Om een correcte werking van het alarmsysteem te waarborgen, moet u voor het verlaten van de wagen controleren of alle portieren en ruiten zijn gesloten. |
Let op Het alarmsysteem heeft een eigen voedingsbron, waarvan de levensduur 5 jaar bedraagt. Om de goede werking van het alarmsysteem te garanderen, adviseren wij, het alarmsysteem na afloop van deze periode door een specialist te laten controleren. |
Alarmactivering
Het alarm wordt geactiveerd, als aan de wagen met ingeschakeld alarmsysteem één of meer van de volgende onbevoegde handelingen wordt uitgevoerd.
- Openen van de motorkap.
- Openen van de achterklep.
- Openen van de portieren.
- Manipulatie van het contactslot.
- Afslepen van de wagen.
- Beweging in de wagen.
- Plotselinge en duidelijke spanningsdaling van de elektrische installatie.
- Afkoppelen van de aanhangwagen.
Een activering van het alarm vindt ook plaats, wanneer het bestuurdersportier via de slotcilinder wordt ontgrendeld en geopend.
Het alarm wordt uitgeschakeld, door de toets op de sleutel in te drukken of het contact in te schakelen.
Interieurbewaking en afsleepalarm
afb. 49
Toets van interieurbewaking en
afsleepalarm
De interieurbewaking activeert het alarm als er een beweging in de vergrendelde wagen wordt geregistreerd.
Het afsleepalarm activeert het alarm als er een kanteling van de vergrendelde wagen wordt geregistreerd.
Deze functies moeten worden gedeactiveerd als de mogelijkheid bestaat dat het alarm zal afgaan door bewegingen in het interieur (bv. door personen of huisdieren) resp. als de wagen wordt vervoerd (bv. per spoor of boot) of moet worden afgesleept.
Uitschakelen
- Het contact uitschakelen en het bestuurdersportier openen.
- De knop op de middentunnel aan bestuurderszijde indrukken afb. 49, in de knop gaat het symbool branden.
- De wagen binnen 30 seconden vergrendelen.
Bij het deactiveren wordt de safebeveiliging uitgeschakeld.
VOORZICHTIG
Een geopend brillenvak veroorzaakt een verminderde werking van de
interieurbewaking.
Om een ongehinderde werking van de interieurbewaking te waarborgen, moet voor het vergrendelen van de wagen altijd het brillenvak worden gesloten. |
Zie ook:
Mazda 2. Neem contact op met een officiële Mazda reparateur en laat de auto
inspecteren
Als een van de volgende waarschuwingslampjes gaat branden/knipperen, is er
mogelijk
een defect in het systeem. Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële
Mazda reparate ...
Fiat Punto. Achteruitkijkspiegels
BINNENSPIEGEL
Met handmatige verstelling
Deze spiegel is voorzien van een
beveiligingsmechanisme dat ervoor
zorgt dat de spiegel losschiet bij een
heftige botsing met de passagier.
Gebruik de ...