Auto's:

Skoda Fabia: Ontgrendelen en vergrendelen - Ontgrendelen en openen - Bediening - Škoda Fabia - InstructieboekjeSkoda Fabia: Ontgrendelen en vergrendelen

Inleiding voor het onderwerp

De wagen is met een systeem voor centrale vergrendeling uitgerust, dat het mogelijk maakt, alle portieren, de tankklep en de achterklep tegelijk te ontgrendelen/ vergrendelen.

De portiervergrendeling kan individueel worden ingesteld .

Het ontgrendelen van de wagen wordt weergegeven door het tweemaal knipperen van de knipperlichten.

Als de wagen wordt ontgrendeld en daarna binnen 45 seconden er geen portier of de achterklep wordt geopend, wordt de wagen automatisch weer vergrendeld.

Het vergrendelen van de wagen wordt weergegeven door het eenmaal knipperen van de knipperlichten.

Als het bestuurdersportier geopend is, kan de wagen niet worden vergrendeld.

Als er bij het vergrendelen van de wagen enkele portieren, de achterklep of de motorkap geopend zijn, knipperen de knipperlichten pas na het sluiten ervan.

ATTENTIE

  • Bij het verlaten van de wagen de sleutel nooit in de wagen achterlaten.

    Onbevoegde personen (bv. kinderen) zouden de wagen kunnen vergrendelen, het contact kunnen inschakelen of de motor kunnen starten - gevaar voor verwondingen en ongevallen!

  • Bij het verlaten van de wagen nooit personen, die niet volledig zelfstandig zijn, bv. kinderen, zonder toezicht in de wagen achterlaten. Deze personen zouden mogelijkerwijze niet in staat zijn, de wagen zelfstandig te verlaten of zichzelf te redden. Bij bijzonder hoge of bijzonder lage temperaturen bestaat er levensgevaar!

 

VOORZICHTIG

  • Elke sleutel bevat elektronische componenten; u dient de sleutels dan ook tegen vocht en harde schokken te beschermen.
  • De groef in de sleutel schoon houden. Verontreinigingen (textielvezels, stof en dergelijke) kunnen de werking van de slotcilinder, het contactslot en dergelijke negatief beïnvloeden.

Met de sleutel via de slotcilinder ontgrendelen/vergrendelen

Linker wagenzijde: Sleutelbewegingen
 afb. 42 Linker wagenzijde: Sleutelbewegingen voor het ont-/vergrendelen

De wagen met de sleutel ontgrendelen/vergrendelen afb. 42

Wagen ontgrendelen

Wagen vergrendelen

VOORZICHTIG Indien de slotcilinder van een afdekkap is voorzien, moet voor het ontgrendelen/ vergrendelen van de wagen met de sleutel eerst de afdekkap worden verwijderd

Met de afstandsbediening ontgrendelen/vergrendelen

Sleutel met uitklapbare sleutelbaard
 afb. 43 Sleutel met uitklapbare sleutelbaard

Beschrijving van de sleutel afb. 43

Ontgrendelingsknop

Vergrendelingsknop

Knop voor de ontgrendeling van de achterklep

A Vergrendelingsknop voor het uitklappen/inklappen van de sleutelbaard

B Controlelampje voor de batterijstatus - als de batterij leeg is, knippert na het indrukken van een knop op de sleutel het controlelampje niet

Achterklep ontgrendelen/gedeeltelijk openen

Door het indrukken van de knop wordt de achterklep ontgrendeld.

Door het vasthouden van de knop wordt de achterklep ontgrendeld en uit het slot gedrukt (gedeeltelijk geopend).

Als de achterklep met de knop wordt ontgrendeld, dan wordt de klep na het sluiten automatisch vergrendeld. De tijd na afloop waarvan de klep wordt vergrendeld, kan worden ingesteld .

VOORZICHTIG

  • De werking van de afstandsbediening kan door interferentie van zenders in de buurt van de wagen worden gestoord.
  • Het bereik van de afstandsbediening bedraagt ongeveer 30 m. Als de centrale vergrendeling alleen vanaf een afstand van minder dan 3 m op de afstandsbediening reageert, moet de batterij worden vervangen

Ontgrendelen/vergrendelen - KESSY

Wagen ontgrendelen / wagen vergrendelen
 afb. 44 Wagen ontgrendelen / wagen vergrendelen

Met het KESSY-systeem (Keyless Entry Start Exit System) is een ontgrendeling resp. vergrendeling van de wagen mogelijk zonder actief gebruik van de sleutel.

Bij het ont- resp. vergrendelen moet de sleutel zich op maximaal 1,5 meter van de portiergreep van het voorportier bevinden.

Informatie over het vergrendelen

Bij wagens met automatische versnellingsbak moet voor het vergrendelen de keuzehendel in stand P worden gezet.

Na het vergrendelen van de wagen is het niet mogelijk om deze binnen de volgende 2 seconden door het vastpakken van de portiergreep te ontgrendelen.

Daardoor kan er worden gecontroleerd of de wagen is vergrendeld.

Het KESSY-systeem wordt bij het vergrendelen van de wagen met de toets op de sleutel gedeactiveerd .

Beveiliging tegen per ongeluk achterlaten van de sleutel in de wagen

Indien een van de portieren pas na het vergrendelen van de wagen wordt gesloten en de sleutel waarmee de wagen is vergrendeld in het interieur achterblijft, wordt de wagen automatisch ontgrendeld. Na het automatisch ontgrendelen knipperen de knipperlichten viermaal. Als binnen circa 45 seconden geen portier wordt geopend, wordt de wagen automatisch weer vergrendeld.

Indien de achterklep pas na het vergrendelen van de wagen wordt gesloten en de sleutel waarmee de wagen is vergrendeld in de bagageruimte achterblijft, wordt de achterklep automatisch ontgrendeld (gedeeltelijk geopend). Na het automatisch ontgrendelen knipperen de knipperlichten viermaal. De achterklep blijft ontgrendeld (gedeeltelijk geopend), de andere portieren blijven vergrendeld.

VOORZICHTIG Enkele handschoensoorten kunnen de ontgrendelings- resp. vergrendelingsfunctie middels de sensoren in de portiergreep beperken.

KESSY deactiveren

Het KESSY-systeem wordt na het ontgrendelen van de wagen automatisch weer geactiveerd.

Wagen met de knop voor centrale vergrendeling vergrendelen/ontgrendelen

Knop voor de centrale vergrendeling
 afb. 45 Knop voor de centrale vergrendeling

Voorwaarden voor het vergrendelen/ontgrendelen met de knop voor centrale vergrendeling.

Het vergrendelen wordt weergegeven door het oplichten van het symbool in de knop.

Na het vergrendelen geldt het volgende.

ATTENTIE Van binnenuit vergrendelde portieren maken het hulpverleners in geval van nood moeilijk in de wagen te komen - levensgevaar!

Safebeveiliging

De safebeveiliging voorkomt het openen van de portieren van binnenuit en de ruitbediening. Daardoor wordt een mogelijke inbraakpoging in de wagen bemoeilijkt.

Inschakelen

De safebeveiliging wordt ingeschakeld als de wagen van buitenaf wordt vergrendeld.

Op deze functie wordt na het uitschakelen van het contact geattendeerd door de volgende melding op het display in het instrumentenpaneel.

Let op SAFE-vergrendeling! Instructieboekje!

LET OP SAFELOCK

Inschakelweergave

Als de safebeveiliging is ingeschakeld, knippert het controlelampje in het bestuurdersportier 2 seconden snel, daarna begint het gelijkmatig en met langere tussenpozen te knipperen.

Uitschakelen

Het controlelampje in het bestuurdersportier knippert 2 seconden snel, gaat vervolgens uit en begint na ongeveer 30 seconden regelmatig met langere tussenpozen te knipperen.

Als de wagen is vergrendeld terwijl de safebeveiliging is uitgeschakeld, kan het portier afzonderlijk van binnenuit worden geopend door eenmaal aan de portiergreep te trekken.

De safebeveiliging wordt ingeschakeld als de wagen weer wordt vergrendeld.

ATTENTIE Bij een vergrendelde wagen met ingeschakelde safebeveiliging mogen geen personen in de wagen achterblijven, omdat van binnenuit noch de portieren, noch de ruiten kunnen worden geopend. De vergrendelde portieren maken het hulpverleners in geval van nood moeilijk in de wagen te komen - levensgevaar!

Individuele instellingen

De volgende functies van de centrale vergrendeling kunnen individueel in het infotainment in het menu → Openen en sluiten worden ingesteld.

Alle portieren

De functie biedt de mogelijkheid om alle portieren, de achterklep en de tankklep te ontgrendelen.

Afzonderlijk portier

De functie biedt de mogelijkheid om alleen het bestuurdersportier en de tankklep met de sleutel te ontgrendelen. KESSY biedt de mogelijkheid voor het ontgrendelen van één portier, waarbij de sleutel zich in de buurt bevindt, en de tankklep. De overige portieren en de achterklep ontgrendelen pas bij het nogmaals ontgrendelen resp. door aanraken van de portiergreep.

Portieren aan één zijde ontgrendelen

Met deze functie is het mogelijk de beide portieren aan bestuurderszijde en de tankklep met de sleutel te ontgrendelen. KESSY biedt de mogelijkheid voor het ontgrendelen van beide portieren, waarbij de sleutel zich in de buurt bevindt, en de tankklep. De overige portieren en de achterklep ontgrendelen pas bij het nogmaals ontgrendelen resp. door aanraken van de portiergreep.

Automatisch vergrendelen/ontgrendelen

Met deze functie kunnen alle portieren en de achterklep vanaf een snelheid van 15 km/h worden vergrendeld. Het openen van de portieren en de achterklep van buitenaf is dan niet mogelijk.

Het opnieuw ontgrendelen van de portieren en de achterklep gebeurt bij het uit het contact nemen van de contactsleutel of bij het openen van het portier van binnenuit (overeenkomstig de individuele instelling van de centrale vergrendeling).

Portier openen/sluiten

Portiergreep
 afb. 46 Portiergreep

Portiergreep - Variant 1 / variant 2
 afb. 47 Portiergreep - Variant 1 / variant 2

ATTENTIE

  • Het portier moet correct gesloten zijn, anders zou het tijdens het rijden open kunnen gaan - levensgevaar!
  • Het portier alleen openen en sluiten als zich geen persoon in het openings-/ sluitgebied bevindt - gevaar voor verwondingen!
  • Nooit met geopende portieren rijden - dit is levensgevaarlijk!
  • Een geopend portier kan bij sterke wind of op een helling automatisch dichtvallen - gevaar voor verwondingen!

Kindersloten

Achterportier: Kinderslot in-/uitschakelen
 afb. 48 Achterportier: Kinderslot in-/uitschakelen

De kindersloten voorkomen dat de achterportieren van binnenuit kunnen worden geopend. U kunt het portier alleen van buitenaf openen.

In-/uitschakelen

Storingen

Afstandsbediening synchroniseren

Als de toetsen van de sleutel meerdere malen buiten het werkingsgebied van het systeem zijn bediend of de batterij in de sleutel is vervangen en de wagen niet met de afstandsbediening kan worden ontgrendeld, moet de sleutel worden gesynchroniseerd.

Storing in de centrale vergrendeling

Als het controlelampje in het bestuurdersportier eerst circa 2 seconden snel knippert, daarna 30 seconden continu blijft branden en vervolgens langzaam gaat knipperen, moet de hulp van een specialist worden ingeroepen.

Bij een storing in de centrale vergrendeling kunnen de portieren resp. de achterklep worden noodvergrendeld resp. noodontgrendeld .

Storing in KESSY-systeem

Bij een storing in het KESSY-systeem wordt op het display in het instrumentenpaneel de betreffende melding weergegeven.

Lage spanning van de sleutelbatterij

Als de spanning in de sleutelbatterij te laag is, verschijnt op het display in het instrumentenpaneel een melding om de batterij te vervangen. De batterij vervangen .

Zie ook:

Skoda Fabia. Bediening
Hoofdmenu Geldt niet voor het infotainment Blues.  afb. 151 Amundsen, Bolero: Media - Hoofdmenu  afb. 152 Swing: Media - Hoofdmenu Voor de weergave van het hoofdmenu de toet ...

Fiat Punto. Parkeersensoren
(voor bepaalde versies/markten) SENSOREN Deze sensoren bevinden zich in de achterbumper fig. 73 en detecteren de aanwezigheid van obstakels achter het voertuig en waarschuwen de bestuurder met e ...

Auto's: