Toyota Yaris: SRS-airbags
Airbags voor
- Bestuurdersairbag/voorpassagiersairbag
Helpen het hoofd en de borst van de bestuurder en de voorpassagier te beschermen tegen contact met onderdelen van het interieur - Knie-airbag voor de bestuurder (indien aanwezig)
Helpt de bestuurder te beschermen
Side airbags en curtain airbags
- Side airbags
Helpen het bovenlichaam van de inzittenden vóór te beschermen - Curtain airbags (indien aanwezig)
Helpen het hoofd van de passagiers op de buitenste zitplaatsen voor en achter te beschermen
Onderdelen SRS-airbagsysteem
- Gordelspanners en spankrachtbegrenzers
- Sensoren aanrijding opzij (voor)*1
- Side airbags
- Curtain airbags*3
- Sensoren aanrijding opzij (achter)*3
- Sensoren aanrijding opzij (voorportier)*2
- Bestuurdersairbag
- Waarschuwingslampje SRS
- Knie-airbag bestuurder*3
- Airbag-ECU
- Sensor frontale aanrijding
- Aan/uit-schakelaar airbag
- Voorpassagiersairbag
- Controlelampje PASSENGER AIR BAG
*1: 5-deurs uitvoeringen
*2: 3-deurs uitvoeringen
*3: Indien aanwezig
De belangrijkste onderdelen van het SRS-airbagsysteem zijn hierboven afgebeeld. Het SRS-airbagsysteem wordt aangestuurd door de airbag-ECU. Bij het activeren van de airbags zorgt een chemische reactie in de ontstekingsmechanismen ervoor dat de airbags snel gevuld worden met niet-giftig gas om de beweging van de inzittenden te helpen beperken.
■Voorzorgsmaatregelen SRS-airbags Neem met betrekking tot de airbags de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
- Alle inzittenden dienen hun veiligheidsgordel op de juiste manier te
dragen.
De SRS-airbags zijn aanvullende middelen die samen met de veiligheidsgordels gebruikt moeten worden.
- De bestuurdersairbag wordt met een aanzienlijke kracht geactiveerd,
waardoor
ernstig letsel kan ontstaan, vooral wanneer de bestuurder zich erg dicht
bij de
airbag bevindt.
Het gevaarlijkst bij de activering van de airbag zijn de eerste 50 - 75 mm; door een afstand van minimaal 250 mm tot het stuurwiel aan te houden, hanteert u een veilige marge. Dit is de afstand gemeten vanaf het midden van het stuurwiel tot aan uw borstbeen. Als u nu minder dan 250 mm van de airbag zit, kunt u uw zitpositie op verschillende manieren wijzigen:
- Plaats uw stoel zo ver mogelijk naar achteren terwijl de pedalen nog goed kunnen worden bediend.
- Zet de rugleuning iets achterover. Hoewel auto's verschillen, verkrijgen veel bestuurders, zelfs met de bestuurdersstoel helemaal naar voren, de afstand van 250 mm door simpelweg de rugleuning iets achterover te zetten. Als u door het achterover zetten van uw stoel de weg niet goed meer kunt zien, kunt u een stevig, niet-glad kussen gebruiken om hoger te zitten, of uw stoel hoger zetten wanneer uw auto deze mogelijkheid biedt.
- Als het stuurwiel verstelbaar is, kantel het dan naar beneden. Hierdoor wijst de airbag naar uw borst in plaats van naar uw hoofd en nek.
De stoel dient te worden afgesteld zoals hierboven aanbevolen, terwijl de pedalen en het stuurwiel nog steeds goed bediend kunnen worden en u het instrumentenpaneel nog goed kunt zien.
■Voorzorgsmaatregelen SRS-airbags
- De voorpassagiersairbag wordt ook met een aanzienlijke kracht geactiveerd waardoor ernstig letsel kan ontstaan, vooral wanneer de voorpassagier zich erg dicht bij de airbag bevindt. De voorpassagiersstoel dient zo ver mogelijk van de airbag af te staan, met de rugleuning rechtop.
- Kinderen die niet goed op de stoel zitten en/of niet goed vastzitten, kunnen ernstig letsel oplopen door een geactiveerde airbag. Gebruik de veiligheidsgordels nooit voor baby's of kleine kinderen, maar zet hen goed vast in een baby- of kinderzitje. Toyota beveelt ten zeerste aan dat alle kinderen op de achterstoelen plaatsnemen en op de juiste wijze vastzitten. Achterin zitten kinderen veiliger dan op de voorpassagiersstoel.
- Ga niet op het puntje van de stoel zitten en leun niet op het dashboard.
- Laat een kind niet op de voorpassagiersstoel staan of bij een voorpassagier op schoot zitten.
- Sta niet toe dat voorpassagiers voorwerpen op hun knieën vasthouden.
■Voorzorgsmaatregelen SRS-airbags
- Auto's zonder curtain airbags: Leun niet tegen het voorportier.
- Auto's met curtain airbags: Leun niet tegen het portier, de dakstijl of de voor-, midden- of achterstijl.
- Laat niemand knielen op de passagiersstoel in de richting van het portier of hoofd en handen buiten de auto steken.
- Auto's zonder knie-airbag voor de
bestuurder: Bevestig niets aan en laat
niets rusten tegen componenten als het
dashboard of het stuurwielkussen.
Alles wat op deze componenten bevestigd is of er tegenaan rust, kan als een projectiel worden gelanceerd als de bestuurdersairbag en de voorpassagiersairbag geactiveerd worden.
- Auto's met knie-airbag voor de bestuurder:
Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het
dashboard, het stuurwielkussen of het
onderste deel van het dashboard.
Alles wat op deze componenten bevestigd is of er tegenaan rust, kan als een projectiel worden gelanceerd als de airbag voor de bestuurder, de airbag voor de voorpassagier en de knie-airbag voor de bestuurder geactiveerd worden.
■Voorzorgsmaatregelen SRS-airbags
- Auto's zonder curtain airbags: bevestig niets aan gedeeltes zoals portier, voorruit of portierruit.
- Auto's met curtain airbags: bevestig niets aan het portier, de voorruit, de portierruit, de voor- en achterstijl, de dakstijl of de handgreep. (Behalve het label voor de snelheidsbeperking)
- Auto's met knie-airbag voor de bestuurder,
maar zonder Smart entry-systeem
en startknop: Bevestig geen zware,
scherpe of harde voorwerpen zoals
sleutels of accessoires aan de contactsleutel.
De voorwerpen kunnen het opblazen van de knie-airbag voor de bestuurder hinderen, of weggeslingerd worden in de richting van de bestuurdersstoel door de kracht waarmee de airbag wordt geactiveerd en gevaar opleveren.
- Auto's met SRS-curtain airbags: Hang geen kleerhangers of andere harde voorwerpen aan de kledinghaakjes. Dergelijke voorwerpen kunnen als een projectiel gelanceerd worden en ernstig letsel veroorzaken wanneer de curtain airbags geactiveerd worden.
- Auto's met knie-airbag voor de bestuurder: Verwijder een eventueel aanwezige afdekking op de plaats waar de knie-airbag voor de bestuurder uit het dashboard komt.
- Gebruik geen accessoires op de stoelen die het gedeelte van de stoel waarin de side airbags aanwezig zijn afdekken omdat dat een negatieve invloed kan hebben op een juiste werking van de side airbags. Dergelijke accessoires kunnen tot resultaat hebben dat de side airbags niet op de juiste wijze geactiveerd worden, helemaal niet geactiveerd worden of per ongeluk geactiveerd worden, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
■Voorzorgsmaatregelen SRS-airbags
- Oefen geen overmatige kracht uit op delen waarin onderdelen van het
airbagsysteem
aanwezig zijn.
Als dat wel gebeurt, kunnen er storingen aan de SRS-airbags ontstaan.
- Raak onderdelen van het airbagsysteem niet aan direct nadat de SRS-airbags geactiveerd zijn, omdat deze heet kunnen zijn.
- Als u na het activeren van de SRS-airbags moeilijkheden met de ademhaling ondervindt, open dan een portier of ruit om frisse lucht binnen te laten of verlaat de auto als u dat op een veilige manier kunt doen. Als er poederdeeltjes op uw huid zijn terechtgekomen, was deze er dan zo snel mogelijk af om huidirritatie te voorkomen.
- Auto's zonder curtain airbags: als de delen van de auto waarin airbags ondergebracht zijn, zoals het stuurwielkussen, beschadigd of gescheurd zijn, laat deze dan vervangen door een erkende Toyota-dealer of hersteller/ reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
- Auto's met curtain airbags: als de delen van de auto waarin airbags ondergebracht zijn, zoals het stuurwielkussen en de bekleding van de voor- en achterstijlen, beschadigd of gescheurd zijn, laat deze dan vervangen door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Wijzigingen aan en afvoeren van onderdelen van het SRS-airbagsysteem Voer uw auto niet af en voer geen van onderstaande veranderingen uit zonder eerst een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige te raadplegen. De airbags kunnen defect raken of per ongeluk worden geactiveerd (opgeblazen), waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
- Plaatsen, verwijderen, demonteren en repareren van de airbags
- Reparaties, wijzigingen, verwijderen of vervangen van het stuurwiel, instrumentenpaneel, dashboard, stoelen of stoelbekleding, voor-, middenen achterstijlen en dakzijrails
- Reparaties of wijzigingen aan het voorspatbord, de voorbumper of de zijkant van het passagierscompartiment
- Plaatsen van een bullbar, sneeuwploeg of lier
- Wijzigingen aan de wielophanging van de auto
- Plaatsen van elektronische apparatuur als een mobiele tweewegradio (zend-/ontvanginstallatie) of CD-speler
■Als de SRS-airbags worden geactiveerd
- U kunt lichte schaafplekken, brandwonden, kneuzingen, e.d. oplopen als gevolg van de zeer hoge snelheid waarmee de SRS-airbags worden geactiveerd door hete gassen.
- Er is een luide knal hoorbaar en er komt wit poeder vrij.
- Auto's zonder curtain airbags: gedurende enkele minuten na het activeren
van de airbags kunnen de onderdelen van de airbag (stuurwielnaaf, afdekkap
van de airbag, opblaasmechanisme) en de voorstoelen nog heet zijn.
De airbag zelf kan ook heet zijn.
- Auto's met SRS curtain airbags: gedurende enkele minuten na het activeren van de airbags kunnen de onderdelen van de airbagmodule (stuurwielnaaf, afdekkap van de airbag, ontstekingsmechanisme) en de voorstoelen, delen van de voor- en achterstijlen en de dakzijrail nog heet zijn. De airbag zelf kan ook heet zijn.
- De voorruit kan barsten.
■Voorwaarden voor activering van de SRS-airbags (SRS-airbags voor)
- De airbags voor worden geactiveerd als een bepaalde drempelwaarde
wordt overschreden (vergelijkbaar met een frontale aanrijding met een
snelheid
van ongeveer 20 - 30 km/h tegen een muur die niet kan bewegen of
vervormen).
Deze drempelsnelheid kan in de volgende situaties echter veel hoger liggen:
- Wanneer de auto iets raakt dat kan bewegen en/of vervormen, zoals een geparkeerde auto of lantaarnpaal
- Wanneer de auto betrokken raakt bij een ongeval waarbij de neus van de auto onder een vrachtwagen terechtkomt
- Afhankelijk van het type aanrijding worden mogelijk alleen de gordelspanners geactiveerd.
■Voorwaarden voor activering van de airbag (side airbags en curtain airbags [indien aanwezig])
- De SRS-side airbags en curtain airbags worden geactiveerd als een bepaalde drempelwaarde wordt overschreden (vergelijkbaar met ter plaatse van het passagierscompartiment aangereden worden met een snelheid van ongeveer 20 - 30 km/h door een ongeveer 1.500 kg wegend voertuig, komend vanuit een richting die haaks staat op de positie van de auto).
- De curtain airbags worden mogelijk ook geactiveerd bij een ernstige frontale aanrijding.
■Omstandigheden waarbij de SRS-airbags geactiveerd kunnen worden, anders dan bij een aanrijding De airbags voor en de curtain airbags kunnen ook geactiveerd worden bij zware stoten tegen de onderkant van de auto. Zie de afbeelding voor een aantal voorbeelden.
- Raken van een stoeprand of een ander hard voorwerp
- In of over een diepe kuil rijden
- Hard neerkomen
■Soorten aanrijdingen waarbij de airbags soms niet geactiveerd worden (airbags voor) De airbags voor worden over het algemeen niet geactiveerd bij aanrijdingen van opzij of van achteren, als de auto over de kop slaat of bij een frontale aanrijding op lage snelheid. Maar wanneer een aanrijding voldoende voorwaartse deceleratie veroorzaakt, worden de airbags voor mogelijk geactiveerd.
- Aanrijding van opzij
- Aanrijding van achteren
- Over de kop slaan
■Soorten aanrijdingen waarbij de side airbags en de curtain airbags (indien aanwezig) soms niet geactiveerd worden De side airbags en curtain airbags treden mogelijk niet in werking bij aanrijdingen van opzij onder een bepaalde hoek of bij aanrijdingen van opzij waarbij het passagierscompartiment niet wordt geraakt.
- Aanrijding van opzij waarbij het passagierscompartiment niet wordt geraakt
- Aanrijding van opzij onder een hoek
De side airbags treden over het algemeen niet in werking bij aanrijdingen van voren of van achteren, als de auto over de kop slaat of bij een aanrijding van opzij op lage snelheid.
- Aanrijding van voren
- Aanrijding van achteren
- Over de kop slaan
De curtain airbags treden over het algemeen niet in werking bij aanrijdingen van achteren, als de auto over de kop slaat of bij een aanrijding van opzij of bij een frontale aanrijding op lage snelheid.
- Aanrijding van achteren
- Over de kop slaan
■Wanneer moet u contact opnemen met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige? Neem in de volgende gevallen zo snel mogelijk contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
- Nadat een of meer SRS-airbags zijn geactiveerd.
- De voorzijde van de auto is beschadigd of vervormd of de auto was betrokken bij een ongeval dat niet van zodanige aard was dat de airbags vóór werden geactiveerd.
- Bij schade aan een portier ten gevolge van een ongeval dat niet van zodanige aard was dat de side airbags en curtain airbags (indien aanwezig) werden geactiveerd.
- Auto's zonder knie-airbag voor de bestuurder: Krassen, scheuren of andere beschadigingen in het middelste deel van het stuurwiel of het dashboard bij de voorpassagiersairbag.
- Auto's met knie-airbag voor de bestuurder: Krassen, scheuren of andere beschadigingen in het middelste deel van het stuurwiel of het dashboard bij de afdekkap van de voorpassagiersairbag of het onderste gedeelte van het instrumentenpaneel.
- Bij krassen, scheuren of andere beschadigingen aan de zijkant van de leuning van een voorstoel met een side airbag.
- Auto's met curtain airbags: Bij krassen, scheuren of andere beschadigingen in het deel van de voorstijl, de achterstijl of de daklijstbekleding met de curtain airbags.
Zie ook:
Fiat Punto. Achterlichtunits
Deze bevatten de lampen van het
stadslicht (LED), de remlichten en de
richtingaanwijzers. Ga als volgt te werk
om de lamp te vervangen:
draai de schroeven A fig. 88 los en
maak de elektrische ...
Mazda 2. Selectie van apparatuur
(Bluetooth audio)
Als meerdere apparatuur wordt gepaard,
verbindt de Bluetooth eenheid de
laatst gepaarde apparatuur. Als u andere
gepaarde apparatuur wilt verbinden, is
het nodig de verbinding te wijzigen. Na
he ...