Skoda Fabia: Binnenspiegel
Inleiding voor het onderwerp
ATTENTIE Buitenspiegels vergroten het gezichtsveld, maar laten objecten kleiner en verder weg lijken. Daarom de binnenspiegel gebruiken om de afstand tot achteropkomend verkeer te bepalen. |
ATTENTIE
|
Dimstand binnenspiegel
afb. 66 Binnenspiegel: Met handmatige dimfunctie / met
zelfdimfunctie
Spiegel met handmatige dimfunctie afb. 66
- Basisstand van de spiegel (niet gedimd)
- Spiegeldimming
Spiegel met zelfdimfunctie
De dimfunctie afb. 66 wordt na de motorstart automatisch aangestuurd.
Bij het inschakelen van de binnenverlichting of bij het inschakelen van de achteruitversnelling schakelt de spiegel terug naar de basisstand (niet gedimd).
ATTENTIE
|
Buitenspiegel
afb. 67 Buitenspiegelbediening: mechanisch/elektrisch
De buitenspiegelglazen zijn (afhankelijk van de wagenuitrusting) mechanisch of elektrisch instelbaar.
- Om het spiegelglas te verstellen, de draaiknop in de richting van de pijlen bewegen afb. 67.
Als de elektrische spiegelinstelling eens zou uitvallen, kunnen de spiegelglazen met de hand worden ingesteld door voorzichtig op de rand van het spiegelglas te drukken.
De draaiknop van de elektrisch instelbare spiegels kan in de volgende standen worden gezet afb. 67 - B.
Spiegelglas links instellen
Spiegelbediening uitschakelen
Spiegelglas rechts instellen
Spiegelverwarming (werkt alleen bij draaiende motor)
Buitenspiegels naar binnen klappen
De spiegel kan handmatig in de richting van de zijruit worden geklapt. Om de spiegel weer in de uitgangsstand te zetten, dient de spiegel van de zijruit terug te worden geklapt tot deze duidelijk vergrendelt.
ATTENTIE Het spiegelglas van de buitenspiegels niet aanraken als de spiegelverwarming is ingeschakeld - gevaar voor verbranding. |
Zie ook:
Skoda Fabia. Front Assist
Inleiding voor het onderwerp
Front Assist (hierna systeem) waarschuwt voor het gevaar van een aanrijding
met een wagen of met een ander zich voor de wagen bevindend obstakel en
probeert zo nodig ...
Peugeot 208. Veiligheidsadviezen
Alvorens te gaan rijden dient de bestuurder
te controleren of alle passagiers hun
veiligheidsgordel goed hebben omgedaan en
vastgemaakt.
Zorg ervoor dat alle inzittenden tijdens het
rijden hun ...