Mazda 2: Inrijden
Er is geen speciale inrijperiode noodzakelijk. Echter het opvolgen van enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen gedurende de eerste 1000 km, kan het motorrendement, het brandstofverbruik en de levensduur van de auto ten goede komen.
- Voer het toerental van de motor niet te hoog op.
- Rijd niet gedurende langere tijd met dezelfde snelheid, snel of langzaam.
- Niet gedurende langere tijd constant met volgas of met hoge motortoerentallen rijden.
- Vermijd krachtig afremmen, behalve in noodgevallen.
- Vermijd het starten bij volgas.
- Geen aanhanger trekken.
Zie ook:
Mazda 2. Directe modus
De directe modus kan worden gebruikt
voor het tijdelijk overschakelen van de
versnellingen door bediening van de
stuurversnellingschakelaar tijdens het
rijden met de keuzehendel in het D bereik.
...
Mazda 2. Aanbrengen van wijzigingen en
aanvullende apparatuur
Mazda kan niet garant staan voor de juiste
werking van het startblokkeersysteem
en het anti-diefstal beveiligingssysteem
als er wijzigingen aan het systeem
zijn aangebracht of als er aanvullende
...